De oude griendwerkerscultuur in het nu
Diep verscholen in de grienden van de Biesbosch staan De Zwarte Keet en de Griendwerkershut. Als je gaat wandelen in de Biesbosch kun je zien hoe tot tientallen jaren geleden veel griendwerkers actief waren en hoe ze leefden. Tot begin jaren zestig van de vorige eeuw (lees 1960) werden de grienden bewerkt en geoogst.
Wat zijn grienden?
Grienden zijn laag gelegen, vochtige gebieden. Op deze grienden groeiden vooral wilgen. De griendwerkers sneden de wilgentenen van de (knot)wilgen en bosten ze op tot grote bossen. Met kleine aken werden deze bossen via het water afgevoerd en verwerkt tot rijshout of hoephout. Rijshout is de verzamelnaam van staken en tenen van de wilg. Hoephout is een andere naam voor rijshout waar men hoepels van maakte voor bijvoorbeeld om te wijntonnen te spannen of voor visnetten. Verder werd het rijshout gebruikt voor zinkstukken, bonenstaken of gereedschapsstelen. Het vak van griendwerker bestaat nu niet meer, maar in de biesbosch krijg je een aardig idee van hoe dat geweest moet zijn.
Een rondje wandelen in de Brabantse Biesbosch
Er zijn vele wandelroutes in de Brabantse Biesbosch uitgezet, variërend van 1 tot 21 kilometer. Meer informatie vind je op de website van Nationlaal Park De Biesbosch.
Ik loop een rondje over de Deeneplaat met collega’s tijdens de nieuwjaarswandeling. Het tempo ligt hoog en tijd om foto’s te maken heb ik niet. Het is meer een kwestie van bijkletsen met elkaar en af en toe luisteren naar Thomas. Ik heb nu al besloten hier in april, als alles weer uitloopt en lekker groen wordt, maar er nog genoeg vergezichten zijn, terug te komen. Toch wil ik jullie dit stukje niet onthouden.
De Deeneplaat is het stuk waar je juist de oude grienden goed kunt bekijken en De Zwarte Keet en de Griendwerkershut kunt bewonderen. Wil je in de keet kijken, dan kun je het beste meegaan met een excursie onder leiding van de boswachter.
Knotwilgen, knotwilgen en nog eens knotwilgen
En dat is precies de boom waar ik persoonlijk het meest gek op ben. De robuste stam met de wilde kop erop. Prachtig gewoon. Hier op de deeneplaat staan er honderden. Nee, duizenden. De boswachters van nu zijn nog altijd druk met wat tegenwoordig snoeien heet. Voorheen noemde je dit snijden. Als ik er ben is een deel al getopt, een deel nog niet. Enorme stapels wilgentenen liggen gebonden klaar om afgevoerd te worden.
Er staan meer dan vijftig soorten wilgen in de grienden van de Biesbosch, maar de knotwilg vind ik het mooist. Nu is het winter en is alles een beetje kaal en nu al mooi. Kun je nagaan hoe het in het voorjaar is, als alles mooi groen wordt.
Hoe kom je er en waar parkeer je de auto?
De die-hard wandelaar parkeert bij het Biesboschmuseum aan de Hilweg 2 in Werkendam. Van daaruit kun je een wandeling van zo’n 18 kilometer maken richting de Deeneplaat. Vind je dat net iets te ver, dan kun je met de auto de Deeneplaatweg afrijden tot het parkeerplaatsje bij het stenen gebouwtje waarvan ik de functie niet weet. Coördinaten: 51°44’56.2″N 4°44’24.4″E.
Hier steek je het bruggetje over naar de Deeneplaat. Daarna volg je het pad richting het Gat van de Kleinen Hil. Hier steek je weer een bruggetje over en dan zie je de enorme velden met knotwilgen en De Zwarte Keet. Een eind verder vind je de Griendwerkershut.
Bij de blauwe P kun je parkeren. Bij de rode pijl vind je De Zwarte Keet en bij het museumteken kun je de Griendwerkershut bekijken.
Bevers in de Biesbosch
Zoals bekend zijn er bevers in de Biesbosch. Veel bevers. Zo’n 300 stuks leven er en de bewijzen kun je hier zomaar tegenkomen. De bever zelf zien is een ander verhaal. Daarvoor moet je veel geduld en een dosis geluk hebben.
Als je goed kijkt zie je overal omgeknaagde bomen. De stukken die ze eraf halen zijn nog behoorlijk groot. Nog leuker is het, als je de beverburcht kunt zien.
Als leek loop je er misschien zomaar voorbij, maar kijk eens wat een bouwwerk. Ongeveer drie maanden heeft de bever erover gedaan om dit te bouwen. Her en der langs het pad zie je de ‘beverglijbaan’. Door het riet glijdt de bever naar het water. Daarmee zet hij zijn geur af en maakt hij zijn territorium bekend. Als je door het riet een platgewalste ‘glijbaan’ ziet, dan is er een bever actief in de buurt.
De bever maakt altijd 2 ingangen in zijn burcht. 1 onder water en 1 boven water. Bekijk de burcht rustig, maar verstoor de dieren niet en maak het zeker niet kapot.
En nu gewoon lekker rondstruinen
In de winter is het hier behoorlijk drassig. Lopen wordt een behendigheid, maar dat hindert niet. Struin lekker rond, volg de paden en je kunt er zeker van zijn dat het genieten is.
Informatie
NP De Biesbosch
Meer lezen over onze wandelingen in Nederland? Klik hier.
Mooi verhaal met fijn veel achtergrondinfo. Thnx. Weer wat wijzer geworden en een mooie inspiratie om er ook eens te wandelen.
Dankjewel Bregje.